Résumé : In dit artikel analyseren we de toestand van het openbaar vervoer (OV) in Brussel vanuit de invalshoek van inclusiviteit voor personen met een handicap. Kwalitatieve perspectieven – waaronder gesprekken en excursies met tal van ngo's, overheidsinstanties en mensen met een handicap die gebruikmaken van het OV – worden gecombineerd met een uitgebreide kwantitatieve analyse van 2.487 haltes in het MIVB-net. Uit het onderzoek blijkt dat de productie van OV-haltes afhangt van een heleboel actoren. De mate van inclusiviteit van de haltes is grotendeels overgeërfd uit een tijd waarin reizigers met specifieke behoeften weinig aandacht kregen. Ondanks de grote inspanningen van de afgelopen jaren is een aanzienlijk deel van de OVhaltes nog altijd niet inclusief, hoewel het aandeel varieert naargelang de reisbeperkingen die men in aanmerking neemt. Er is geen duidelijk geografisch patroon qua inclusiviteit, behalve op het niveau van specifieke OV-modi (ondergrondse stations versus bovengrondse haltes) en verschillende homogene bus- of tramcorridors.