Titre:
  • 1093. De termijn waarover de verweerder beschikt om zijn antwoord ter griffie in te dienen, bedraagt, op straffe van uitsluiting, drie maanden te rekenen van de dag waarop het inleidende verzoekschrift of de memorie van toelichting is betekend. Wanneer de verweerder geen woon- of verblijfplaats of geen gekozen woonplaats heeft in België, wordt de in het eerste lid bepaalde termijn verlengd overeenkomstig artikel 55. heeft de eiser in cassatie zijn betenkend verzoekschrift niet ter griffie ingediend, dan kan de verweerder, nadat hij zijn antwoord binnen de voorgeschreven termijn heeft doen betekenen, de zaak inleiden door overlegging van het betekende verzoekschrift en vorderen dat de voorziening wordt afgewezen met veroordeling in de kosten.
Auteur:Dumon, Frédéric
Informations sur la publication:Voorziening in Cassatie, Pays-Bas, page (1)
Statut de publication:Publié, 1990
Sujet CREF:Droit
Langue:Néerlandais
Identificateurs:VX-023478